Friday, February 19, 2010

Oppositie stelt voor dat wetsontwerp voor Autonome Regio’s wordt goedgekeurd na 4 april

De senator van Santa Cruz van de oppositiepartij Convergencia Nacional(CN), Germán Antelo, stelde afgelopen woensdag voor dat het wetsontwerp Kader voor Autonome Regio’s pas na de verkiezingen voor departementen en gemeenten van 4 april wordt goedgekeurd. Hij rechtvaardigde zijn voorstel door aan te geven dat het document, uitgewerkt door de regering, overlegd moet worden met de verschillende sectoren en organisaties die verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van het autonome proces in het land. “Bovendien moeten de kandidaten voor het gouverneurschap, het burgemeesterschap en de gemeenteraden voorstellen aandragen om dit wetsvoorstel te verbeteren”, voegde hij toe.

Het congreslid van Santa Cruz wees op de noodzaak van een debat over de autonome norm met verschillende maatschappelijke organisaties, comités en commissies voordat het ontwerp wordt goedgekeurd door de wetgevende macht. Hij drong aan op de socialisering van het wetsontwerp voor Autonome Regio’s in de provincies en in de hoofdsteden van de departementen omdat de regeringen van de departementen, de gemeenten, de regio’s en de inheemse bevolking uiteindelijk de rechtstreekse hoofdrolspelers zijn in het autonome proces. “Luisteren naar de mensen en ze niets opleggen, dat is wat de Movimiento al Socialismo (MAS) moet doen, want uiteindelijk zijn het deze afdelingsregeringen die het autonome proces ten uitvoer brengen en de regeringspartij moet naar ons luisteren”, gaf de senator van de oppositie aan.

Bron: ERBOL

Thursday, February 18, 2010

Evo wijst tijdelijke rechters aan, ondanks kritiek.

President Evo Morales heeft 18 tijdelijke rechters aangewezen voor drie instanties: Corte Suprema de Justicia, el Tribunal Constitucional y el Consejo de la Judicatura. Eind dit jaar zullen er voor het eerst verkiezingen plaatsvinden voor deze functies, maar om de leegte op te vullen tot die tijd, besloot Morales zelf de rechters aan te wijzen. Dit leverde veel kritiek op, uit verschillende hoeken, omdat hij daarmee de drie belangrijkste pijlers van de democratie in handen zou hebben (uitvoerende, wetgevende en rechtsprekende macht) en dus de onafhankelijkheid van de rechtsspraak in gevaar zou brengen.
Een argument van de regeringspartij MAS is dat zo een eind gemaakt kan worden aan de corruptie in de rechtsspraak, en eindelijk schot gezet kan worden achter een aantal belangrijke processen, waaronder de zaak tegen oud president Gonzalo Sanchez de Lozada wegens zijn verantwoordelijkheid voor de doden in de gasoorlog van 2003.

Friday, February 12, 2010

Wetsontwerp bombardeert Evo Morales tot voorzitter van Nationale Autonome Raad

Het wetsontwerp voor Autonome regio’s stelt voor dat de leider van het land, Evo Morales Ayma, voorzitter wordt van de Nationale Autonome Raad, waarvan alle regeringsniveau’s deel uit zullen maken: departementen, regio’s, gemeenten en inheemse bevolkingsgroepen. Deze informatie bracht de minister van Autonome regio’s, Carlos Romero afgelopen zondag naar buiten in een exclusief interview aan het programma “Hagamos Democracia” (Op weg naar Democratie) van het medianetwerk Erbol.

Het wetsontwerp, dat naar het Wetgevende Congres werd gestuurd, zal gedurende de komende dagen in behandeling worden genomen door de Senaat. Romero gaf aan dat dit ontwerp voorstelt dat de President van de plurinationale Staat de verantwoordelijke autoriteit wordt om de Nationale Autonome Raad te leiden. Overeenkomstig art. 173 van de Grondwet heeft Morales de mogelijkheid taken te delegeren naar de vice president Álvaro García Linera. Hij verklaarde dat binnen deze Raad alle autonome regio’s én de nationale regering vertegenwoordigd zouden zijn. Daarnaast zou het de permanente instantie zijn voor coördinatie en afspraken, met de bedoeling er een officiële instelling van te maken. Dat wil zeggen: periodieke vergaderingen en werk in themacommissie’s.

In dit wetsontwerp wordt ook - zo beweerde Romero - een voorstel gedaan tot de oprichting van de Servicio Estatal de Autonomías y Descentralización, SEAD, (Staatsdienst voor Autonomieën en Decentralisatie), een gespecialiseerde instantie die zich onder andere bezig zal houden met concurrentie-acreditatie, graadmeters voor institutionele capaciteiten en technische instrumenten voor economische middelen. “Het is de bedoeling dat de SEAD onder de vleugels van deze Autonome Raad functioneert, zodat er geen directe afhankelijkheid van de centrale regering bestaat. Voor ons is het belangrijk dat het hele proces zo harmonieus en transparant mogelijk verloopt”, benadrukt Romero.

Bron: ERBOL

Tuesday, February 9, 2010

Bolivia beschuldigt internationale instellingen van ‘feodalisering’ van Haïti

De Boliviaanse vicepresident Álvaro García Linera beschuldigde vandaag de internationale instellingen van ‘feodalisering’ van Haïti. Hij kondigde aan dat zijn land tijdens de Buitengewone Top van de UNASUR (Unie van Zuid Amerikaanse Landen), die dinsdag plaats vindt in Quito, voor zal stellen dat de Haïtiaanse regering voortaan zelf de ontvangst en distributie coördineert van de humanitaire hulp aan de slachtoffers van de vernietigende aardbeving van afgelopen 12 januari.

García Linera gaf aan dat deze instellingen onder het mom van hulp bieden aan de bijna twee miljoen slachtoffers van de aardbeving met een kracht van 7 op de schaal van Richter, het Caraïbisch land willen feodaliseren op grond van hun eigen belangen.
“Het grote probleem van Haïti is dat de Staat is verdwenen en dat er geen staatsstructuur is; dus iedere internationale instelling heeft haar eigen terrein, elke NGO heeft haar eigen territorium en dat is heel kwalijk voor de Haïtiaanse samenleving. Het voorstel van Bolivia wordt gesteund en aanvaard door andere regeringen, alle humanitaire hulp zou gecoördineerd moeten worden door instellingen van de Staat”, geeft hij te kennen.

Volgens García Linera vindt de Boliviaanse regering dat de internationale instellingen de Haïtiaanse staatsinstitutionaliteit ondermijnen door middel van ‘gefeodaliseerde’ humanitaire hulp. Álvaro García Linera merkte op dat de macht van de Haïtiaanse staat juist gecentraliseerd moet worden en niet versplinterd of gefeodaliseerd, zoals dat nu gebeurt sinds de internationale instellingen met hun acties begonnen.

Tijdens de forumdiscussie van UNASUR, zal er ook gedebatteerd worden over de omstreden aanwezigheid van minstens 14.000 Amerikaanse militairen met een onbepaalde hoeveelheid aan oorlogsmachinerie in Haïti. De regering van Barack Obama rechtvaardigde deze actie door te verklaren dat de militairen er zijn om mee te werken aan de heropbouw van het land. Hier worden de nodige vraagtekens bij gezet door de regeringen van Venezuela, Frankrijk, Brazilië, Uruguay, Bolivia, Nicaragua, Ecuador, Bolivia en anderen.

De Boliviaanse vicepresident gaf aan dat UNASUR zich zal keren tegen deze onnodige,
buitensporige en gevaarlijke toename van het aantal Noord Amerikaanse soldaten. “En dan heb ik het niet over artsen of professionals, maar over militairen”, lichtte hij toe.

De leiders van Colombia (Álvaro Uribe), Paraguay (Fernando Lugo), Peru (Alan garcía), Venezuela (Hugo Chávez) en Bolivia (Evo Morales) hebben hun aanwezigheid tijdens de buitengewone vergadering bevestigd. De regering van Ecuador is nog bezig voorbereidingen te treffen met de ministers van Buitenlandse Zaken van Argentinië, Brazilië, Chili, Guyana, Suriname en Uruguay, zodat hun regeringen dinsdag ook deel kunnen nemen aan de Top van UNASUR in Ecuador.

Bron: ERBOL

Friday, February 5, 2010

Hydro-elektrisch Project Cachuela Esperanza: Megadroom of meganachtmerrie?

Henkjan Laats[1]

Op 23 en 24 november organiseerde het Boliviaanse ministerie van Hidrocarburos y Energía (Fossiele Brandstoffen en Energie) in La Paz de internationale workshop Hidrogeneración y los proyectos en Bolivia (opwekking van hydro-elektrische energie en de Boliviaanse projecten). Op dit evenement, waarvoor ondernemers en technici uit de hidro-energetische sector waren uitgenodigd, werden de belangrijkste Boliviaanse hydro-elektrische projecten gepresenteerd, evenals ervaringen uit Uruguay, Brazilië en Venezuela. De meest aktuele presentatie was die over het project Cachuela Esperanza door een vertegenwoordiger van het Canadese bedrijf TECSULT, dat door de Boliviaanse regering werd gecontracteerd om het ontwerp van dit megaproject te realiseren.
Het hydro-elektrisch project Cachuela Esperanza maakt deel uit van het Complex Río Madera, het meest controversiele project van IIRSA (Initiatief voor de Integratie van Regionale Zuid Amerikaanse Infrastructuur). Het Complex Río Madera bestaat uit twee hydro- elektrische projecten in Brazilië (San Antonio en Jirao), een binationaal project (Ribeirao) en een project in Bolivia: Cachuela Esperanza. Inmiddels is de bouw van de projecten San Antonio en Jirao begonnen, maar hier worden vraagtekens bij gezet vanwege de schending van de economische, maatschappelijke, culturele en milieutechnische rechten van de bevolking die in de omstreken woont.
De gegevens die over Cachuela Esperanza werden gepresenteerd, geven aan dat dit project economisch gezien waarschijnlijk verliesgevend is en schadelijker voor het milieu dan de hydro-elektrische projecten Jirao en San Antonio.
Ten eerste: de stuwdam van Cachuela Esperanza zal een oppervlakte hebben van 690 m2, dat wil zeggen: drie keer groter dan elk van de twee stuwdammen in Brazilië. De hoeveelheid energie die gegenereerd wordt door Cachuela Esperanza is meer dan drie keer minder is dan de energie die opgewekt wordt in Brazilie -990 Megawatt tegenover 3300 en 3150-. Een simpele rekensom geeft aan dat, in vergelijking met de Braziliaanse stuwdammen, de invloed van Cachuela Esperanza op het gebied van uitstoot van broeikasgas tien keer zo sterk is per elke geproduceerde Megawatt. Verschillende onderzoeken tonen aan dat hydro-elektrische centrales in het Amazonegebied meer broeikasgassen produceren dan elektrische centrales die gebruik maken van gas, diesel of steenkool. Dit gegeven maakt korte metten met het fabeltje dat hydro-elektrische energie gelijk staat aan schone energie. De overvloedige, in staat van ontbinding zijnde, vegetatie als gevolg van overstroming van het gebied en de hoge temperaturen veroorzakende uitstoot van methaangas, dat twintig keer schadelijker is dan CO2.
Ten tweede: om bovenstaande redenen zullen de kosten van de door Cachuela Esperanza geproduceerde energie hoger liggen dan die van Jirao en San Antonio. Het is belangrijk te weten dat de energie die geproduceerd wordt door Cachuela Esperanza bestemd is voor de Braziliaanse markt. Daarom zal het voor Bolivia moeilijk worden de benodigde prijs van Brazilië te krijgen voor de geëxporteerde energie van de centrale Cachuela Esperanza. Een argument in het voordeel van het project was de hoop van Bolivia een waterweg te hebben naar de Atlantische Oceaan, wat de economische haalbaarheid van Cachuela Esperanza zou verbeteren. Deze mogelijkheid liep op niets uit omdat Brazilië besloot geen sluizen te bouwen als onderdeel van de hydro-elektrische projecten Jirao en San Antonio. Over het algemeen kunnen er vraagtekens gezet worden bij het soevereine karakter van het project Cachuela Esperanza; een project dat gefinanciert zal moeten worden met buitenlandse leningen, waarschijnlijk Braziliaanse; een project dat gebouwd zal worden door buitenlandse bedrijven, waarschijnlijk Braziliaanse, bijvoorbeeld Odebrecht; en een project waarvan de opgewekte energie voor het grootste deel naar Brazilië geëxporteerd zou worden. Dit zal niet opwegen tegen de negatieve effecten van Cachuela Esperanza en de schulden die uiteindelijk door de Boliviaanse bevolking betaald zullen moeten worden.
Ten derde: Cachuela Esperanza zal gebouwd worden in het departement Beni. Een groot deel van dit departement overstroomt elk jaar; in 2007 en 2008 werd deze streek getroffen door rampen, die enorme economische, maatschappelijke en milieutechnische gevolgen hadden. De bouw van de stuwdam Cachuela Esperanza verslechtert deze situatie en een groot deel van Beni zal veranderen in een onbewoonbaar gebied dat ongeschikt zal zijn voor landbouw en andere economische activiteiten.
Bij deze karakteristieken van dit hydro-electrisch project kunnen nog de effecten worden opgeteld van het totale Complex Río Madera, waarvan Cachuela Esperanza deel uitmaakt. De rivier Madera is de meest biodiverse rivier ter wereld en bovendien de rivier met de meeste sedimentatie van het Amazonegebied. In het stroomgebied van deze rivier wonen vele Indiaanse volken waarvan met sommigen nog geen contact is geweest of die vrijwillig in afzondering leven. Dit zijn karakteristieken die betekenen dat de nadelige effecten van de hydro-elektrische projecten in de rivier Madera ernstiger zullen zijn dan in welke rivier ook ter wereld.
We hopen dat de mensen die verantwoordelijk zijn voor het project Cachuela Esperanza zich er op tijd van bewust worden dat dit project mettertijd kan veranderen van een winstgevende droom in een nachtmerrie voor de Bolivianen. Tijdens de workshop in La Paz werden er gelukkig ook veel beter haalbare alternatieven naar voren gebracht, bijvoorbeeld hydro-elektrische microprojecten in gebieden die minder biodivers en minder warm zijn en dichter bij de Boliviaanse industriële centra liggen. Voorstellen die al tientallen jaren bestaan zonder te zijn uitgevoerd, maar die energie zouden kunnen leveren, die beschouwd kan worden als relatief schoon, met veel lagere kosten per Megawatt, met directe voordelen voor de Boliviaanse bevolking en die bovendien vaak andere toepassingen mogelijk maakt, zoals bijvoorbeeld irrigatie en drinkwater. Eveneens bestaan er vele andere voorstellen om op een duurzame manier energie op te wekken.
Over het algemeen stemmen de plannen voor Cachuela Esperanza ons tot nadenken over de toekomst van Bolivia. Er is de mogelijkheid dezelfde fouten te maken als het Noorden: het toepassen van een macroeconomische logica die het milieu en de lokale leefstijlen kapot maken. Een alternatief is om het voorstel van Vivir Bien (Goed Leven) serieus nemen, dat gepropageerd word door de inheemse organisaties van Bolivia en een aantal leden van de Boliviaanse regering. Dat wil zeggen: niet bijdragen aan de ontbossing, maar kiezen voor het bevorderen van de bescherming van de bossen en leefomgevingen van het Amazonegebied; niet deelnemen aan de klimaatverandering, maar ervoor kiezen om de klimaatverandering te bestrijden. Vivir Bien impliceert ook het denken aan duurzamere opties om energie op te wekken, het creëren van banen en verbetering van de productie in het voordeel van alle sectoren van de bevolking. Het is beter om een kleine, mooie droom te hebben dan een vreselijke nachtmerrie[3].

Voetnoten
[1] Henkjan Laats is directeur van de stichting Puentes entre Culturas in Bolivia en van de internationale stichting Cross Cultural Bridges die haar hoofdkantoor in Nederland heeft.
[2] Switkes, Glenn(2008). Aguas Turvas. Alertas sobre as consecuencias de barrar o mayor afluente do Amazonas. International Rivers. Sao Paolo. Lissabon, Marijane y Neves Barros, Juliana (2008) Violações de Direitos Humanos Ambientais no Complexo Madeira. Relatório de Missão realizada ao Estado de Rondônia entre os dias 15 e 19 de novembro de 2007. Plataforma DhESCA. Brasil.
[3] Met dank aan Katu Arkonada, Victor van Oeijen en Marcelo Henriquez voor hun waardevolle commentaren en correcties, en aan Cindy Begthel voor de Nederlandse vertaling
.
Gepubliceerd in het spaans in www.megaproyectos.com op 22-12-2009, en in verschillende andere mediabronnen, zoals ALAI en Bolpress

Wednesday, February 3, 2010

Vandaag begint verkiezingscampagne voor de verkiezingen van 4 april

De verkiezingscampagne voor partijen en burgergroeperingen, met het oog op de verkiezingen voor departementen en gemeenten van 4 april, is vandaag (1 februari) in het hele land officieel begonnen.

Overeenkomstig het tijdschema van het Órgano Electoral Plurinacional (Nationale Verkiezingsorgaan), eindigt de propaganda van de politieke partijen op donderdag 1 april. De partijen strijden om de 337 burgemeestersambten en de negen regeringen van het Zuid Amerikaanse land. Hun werkdagen staan momenteel in het teken van de promotie van de kandidaten, verspreiding en uitleg van de regeringsprogramma’s, maar er wordt ook aandacht besteed aan de kleuren, symbolen en afkortingen van de partijen die niet door de massamedia in beeld worden gebracht.

De verkiezingspropaganda bevat naast aankondigingen in kranten ook televisie- en radioboodschappen die oproepen tot het stemmen op een kandidaat, een politieke partij, een burgergroepering of op een inheems volk of verbond. Daarnaast wordt er gewerkt aan de promotie van het imago, de staat van dienst en de daden van een kandidaat of een politieke organisatie.

De nu geldende Gedragscode voor Verkiezingen schrijft voor dat de politieke propaganda slechts zestig dagen voor de sluiting van de verkiezingscampagne mag beginnen en dat deze 48 uur voor de stemming dient op te houden. De voorzitter van het Nationale Verkiezingsorgaan, Antonio Costas, verduidelijkt dat een aantal zaken tijdens de politieke propaganda van partijen verboden zijn: het gebruik van overheidsgeld, nationale symbolen, beelden van jongeren en kinderen, het uitreiken van politieke stukken. Costas zei ook dat de kandidaten niet moeten vervallen in beledigingen.

Tijdens de verkiezingen voor gemeenten en departementsregeringen van zondag 4 april zullen er -ministers en waarnemers bij elkaar opgeteld- in het hele land 4,620 miljoen nieuwe autoriteiten worden gekozen.

Bron: ERBOL